Alleen een fort kan kustbroeders nog beschermen
Acht jaar lang probeerde Landschap Noord-Holland om kustbroeders als kluut en visdief veilig te laten broeden op een steile ‘broedrots’. Nu kleine marterachtigen, bruine ratten en zelfs egels die kunstmatige rots alsnog weten te beklimmen, moet een fort met een verticale wand van staal het ultieme antwoord bieden. “In de achttien jaar dat ik hier boswachter ben, zag ik de kustbroedvogels op het Balgzand teruggaan van 8.000 naar nog maar 400 broedparen”, zegt boswachter Roelf Hovinga. “Dat kan en mag je niet laten gebeuren.”
Broedeiland 2.0
Het was destijds zo mooi bedacht: een verhoogd bouwwerk naast de Balgzandpolder, vlakbij Den Helder, met steile wanden van beton, zou predatoren weg moeten houden bij de vogels die bovenop dat eiland konden broeden. “De praktijk was dat de wanden afbrokkelden en begroeid raakten. Daardoor kunnen verschillende grondpredatoren inmiddels alsnog bij de nesten komen”, vertelt boswachter Hovinga van Landschap Noord-Holland. “We hebben daarvan geleerd dat je zo’n maatregel óf helemaal goed moet uitvoeren, of helemaal niet. We gaan ervan uit dat we met ons ‘broedeiland 2.0’ het ultieme antwoord hebben op de grondpredatoren.”
Cirkel van staal
Het nieuwe broedfort in het Amstelmeer zal worden opgetrokken als een cirkel van stalen damwanden. Daarbinnen wordt een grote hoeveelheid zand en slib gestort, die door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier sowieso uit de vaargeulen in het Amstelmeer moest worden gebaggerd. Uiteindelijk zal dat geheel worden afgetopt met een harde laag van – waarschijnlijk – granulaat, een laag van vermalen grind en ander steen dat ook in de wegenbouw veel wordt gebruikt. Hovinga: “We moeten in ieder geval kiezen voor een 'dak' op het eiland dat niet te snel dicht zal groeien. De eerste paar jaar houd je zo’n broedeiland nog wel kaal, maar ook in de jaren daarna moeten pioniervogels als de kluut nog terecht kunnen op de kale grond.” Het echte sluitstuk van het werk wordt een soort 'slotgracht' rond het eiland. “De wanden komen in het water te staan, dus een knappe rat of marter die er dan nog tegenop weet te klimmen”, denkt Hovinga.
De Verzakking
“Het 'aftoppen' van het eiland zal pas na het broedseizoen van 2025 gebeuren”, zegt de boswachter. “Het eiland komt te liggen op een plek die hier lokaal bekend staat als De Verzakking. Die naam stamt uit de tijd dat de Amsteldiepdijk werd aangelegd en een van de aannemers zelfs failliet ging op de voortdurende verzakkingen van de grond op die plek. Op dit moment ligt het zand en slib dat het waterschap uit de vaargeul heeft gebaggerd dus als een grote berg op de ondergrond te drukken, om de boel te stabiliseren. Na het broedseizoen van ’25 gaan we het werk afmaken.”
Financiële steun
Waar het waterschap heeft getekend voor het opspuiten van zand en slib, neemt Landschap Noord-Holland de constructie van het eiland voor zijn rekening. “We krijgen daarbij financiële steun van het programma Wij&Wadvogels”, zegt Hovinga opgetogen. “Want het gaat ook wel ergens over. In de achttien jaar dat ik nu boswachter ben in dit gebied, zag ik de aantallen strandbroeders teruglopen van 8.000 naar nog maar 400 paar. Predatie is daar een belangrijke factor in. We hebben het landschap rond de Waddenzee zó naar onze hand gezet dat veel natuurlijke dynamiek op de kwelders is verdwenen. Predatoren als vossen en marterachtigen hoeven op de meeste plekken maar even de dijk over te wippen om bij de nesten te komen. Na vele decennia van bestrijding zijn die predatoren nu ook beschermd. Dat betekent wel dat we extra maatregelen moeten treffen voor grondbroeders. Zo zijn we bijvoorbeeld ook van plan een voswerend raster onder stroom langs de provinciale weg te plaatsen.”
Morele en juridische plicht
Landschap Noord-Holland zet ook breder in op herstel van kustbroedvogels. “Een groot deel van de struwelen en rietruigtes op de Verzakking gaan we door vaker te maaien omvormen naar vochtig, bloemrijk grasland en slikranden. En ja, net als het aanleggen van zo’n innovatief eiland met stalen wanden, is dat eigenlijk puur tuinieren in de natuur. Maar we hebben zowel de morele als de juridische verplichting om de kustbroedvogels te beschermen.”
Tekst: Rob Buiter
Foto: Cees de Jonge