Nog veel mogelijkheden om wadvogels meer rust te bieden
Met een grondige analyse van alle plekken waar wadvogels bij hoogwater schuilen, de zogeheten HVP’s, hebben biologen namens Vogelbescherming Nederland gekeken waar de belangrijkste knelpunten zitten. “Dit biedt concrete handvatten om wadvogels meer rust te bieden”, zegt de projectleider van Wij&Wadvogels, Ingrid Aaldijk.
‘HVP’s’
Bij het woord hoogwatervluchtplaats, of HVP in het jargon van de vogelaars, gaat menig hart sneller kloppen. Dát zijn de plekken waar soms vele duizenden vogels het hoogwater uitzitten, tot ze bij laagwater weer voedsel kunnen zoeken op de droogvallende wadplaten. Met zoveel vogels op een kluitje zijn het interessante maar ook kwetsbare plekken. Eén fietser, een wandelaar met een loslopende hond, een wadloper of een kitesurfer kan de broodnodige rust van de vogels zomaar verstoren. Daarom is er in het project Wij&Wadvogels van vijf verschillende terreinbeherende instanties, de Rijksuniversiteit Groningen, The Fieldwork Company, de Waddenvereniging en Vogelbescherming Nederland veel aandacht voor deze rustplekken.
Vogelvoer
Voor dit onderzoek keek bioloog Eelke Folmer van adviesbureau Ecospace allereerst naar alle potentiële rustplekken voor een twaalftal wadvogels, van kanoet tot scholekster. Daarnaast keek hij naar de regelmatige tellingen van deze soorten door Sovon Vogelonderzoek en ook naar metingen van het ‘vogelvoer’. Folmer: “Het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, NIOZ, op Texel, meet sinds 2008 jaarlijks, heel gedetailleerd waar welke bodemdieren in de wadbodem zitten. Naast dat zogeheten SIBES-project, heeft Wageningen Marine Research ook een goed overzicht van alle kokkel- en mosselbanken. Op basis van al die informatie over potentieel vogelvoer, hebben we de Waddenzee ingedeeld in veertig afzonderlijke gebieden en daar de wadvogeltellingen van Sovon Vogelonderzoek naast gelegd. Waar zien we meer vogels dan je op basis van de gemiddelden zou mogen verwachten en waar zitten er juist minder? De belangrijke vraag was vervolgens: waaróm zitten ergens minder vogels dan je zou mogen verwachten?”
Knelpunten zoeken
Met die analyse van over- of juist onderbezette rustplaatsen voor wadvogels, is bioloog Nina Fieten van adviesbureau Altenburg en Wymenga vervolgens op pad gegaan. Bij alle natuurbeheerders langs de Waddenkust is zij gaan vragen naar mogelijke knelpunten. Fieten: “Bij Westhoek bijvoorbeeld, een HVP ten noordoosten van Harlingen langs de Friese kust, blijkt dan dat er verstoring is door wandelaars. Maar ook op een afgelegen HVP, zoals Engelsmanplaat kan er veel verstoring zijn. Daar komen bijvoorbeeld surfers ‘even uitrusten’, maar daarbij verstoren ze wel mogelijk heel veel vogels”, aldus Fieten.
Hoge én lage prioriteit
Op basis van de problemen bij de verschillende rustplaatsen en ook met de gesignaleerde trends uit de tellingen van Sovon in de hand (gaat een rustplek vooruit of achteruit in aantallen vogels?), identificeerde Fieten de HVP’s met een hoge of een minder hoge prioriteit voor beschermers. “Maar pas op”, zo waarschuwt zij. “Een lage prioriteit betekent zeker niet dat je daar geen aandacht aan hoeft te schenken. Aan de oevers van het Balgzand lijkt het bijvoorbeeld nu wel redelijk goed te gaan met de rust voor de twaalf onderzochte wadvogelsoorten. Maar er zijn daar wel plannen om een buitendijks fietspad aan te leggen. Daar moet je als wadvogelbeschermer dus ook bovenop blijven zitten.”
Aanknopingspunten
Ingrid Aaldijk, projectleider van Wij&Wadvogels is heel blij met deze analyse. “We hebben nu concrete aanknopingspunten per gebied om maatregelen te nemen.” Aaldijk wil benadrukken dat het er niet om gaat de Wadden zo veel mogelijk af te sluiten voor recreanten. “Het is belangrijk dat mensen van die iconische natuur kunnen genieten. Je wilt toerisme dus ook faciliteren en mensen zich laten verwonderen over de schoonheid. Maar dat wil je natuurlijk op een manier doen die de vogels niet verstoort!”
Dynamisch zoneren
Een van de maatregelen waar vanuit het project Wij&Wadvogels aan wordt gewerkt, is het zogeheten dynamisch zoneren. Aaldijk: “Bij zo’n kwetsbare HVP als bij Westhoek wil je met name bij hoogwater de recreanten weghouden. Bij laag water verstoor je de wadvogels niet snel wanneer ze 300 meter verderop voedsel zoeken op het wad. Daar is dus gerichte communicatie nodig. ”
Aaldijk wil ook verder in gesprek met de beheerders van de hoog-prioritaire HVP’s, waar de vogels het meest onder druk staan. “Mogelijk kan je met maatregelen als het verwijderen van verruiging de HVP aanpassen, zodat predatoren minder kans krijgen.”
Rust voor vogels én ruimte voor mensen
Binnen het project Wij&Wadvogels wordt nog steeds het adagium gehanteerd dat er ruimte mag zijn voor mensen. “Maar rust voor de tien tot twaalf miljoen wadvogels die jaarlijks van dit gebied gebruikmaken is een eerste prioriteit. Ik ben blij dat we met dit rapport in de hand daar nu concrete verbeteringen in kunnen aanbrengen.”